“Onze tuin is ieder jaar opnieuw een verrassing”
Tuingenot I Ellen Boonstra-de Jong I foto Ellen Boonstra-de Jong
Coby en Theo Duifhuizen kochten ongeveer twintig jaar geleden tuin 196, een tuin met tegels, compostbakken en een grasveldje in de vorm van een baard. Samen toverden ze de armetierige tuin om tot een waar bloemenparadijs.
Coby en Theo dreven jarenlang een groentezaak in Schiedam. Vanwege een ernstige ziekte kwam Theo tijdelijk in de bijstand terecht. Aanleiding om een moestuin te beginnen op het terrein waar nu het Vlietland Ziekenhuis staat. Theo: “Ik wilde toch wat doen. Toen we daar weg moesten hebben we nog een poosje getuinierd langs het spoor.” In 1998 streken ze neer op Thurlede. In hun tuin is alleen geen courgette, komkommer of preitje te bespeuren. Weliswaar legden ze gelijk een moestuin aan, maar “het lukte niet, de slakken aten alles op”, vertelt Coby. “
Daarbij levert de moestuin veel te veel op voor ons tweetjes.” Nu is hun tuin een lust voor het oog met een uitgebreide verzameling vaste bloeiende planten en struiken. Soms zet Theo zelfs een parasol boven de roze hortensia’s. Hortensia’s laten namelijk snel hun koppie hangen als het zonnetje schijnt. De buurvrouw wijst over de heg naar de uitbundig bloeiende witte hortensiastruik. “Moet je eens kijken hoe mooi die van hun erbij staat.” Zij heeft, op een paar meter afstand, dezelfde struik met slechts een paar bloementrossen eraan. Die constatering geeft allerminst aanleiding voor jaloezie, eerder voor verbazing over hoe zoiets nou toch mogelijk is. Coby en Theo hebben een zichtbaar goede verstandhouding met de buren. Dat ze verder kijken dan hun eigen tuin, bewijst ook de tuin aan de overkant. Die staat te koop, maar heeft nogal wat achterstallig onderhoud. Samen zijn ze aan de slag gegaan. Bomen zijn gerooid en het onkruid gewied. Nu is het wachten op een nieuwe buur.
Zitvlees
Alsof ze het zo hebben afgesproken zeggen ze op hetzelfde moment “rustpunt” als antwoord op de vraag wat de tuin voor hen betekent. Coby: “We wonen tien hoog in een flat in Vlaardingen en daar hoor je altijd wat; kinderen die gillen en een radio die te hard staat. Hier in de tuin is het rustig en krijg je direct een soort vakantiegevoel.” Niet dat ze de hele dag in een luie stoel hangen. Nee, allerminst. “Er is hier altijd iets te doen en zitvlees heb ik niet”, aldus Theo. Trots vertelt hij over de twee kozijnen die overschoten bij een verbouwing op school en die hij eigenhandig in het huisje zette. Theo werkt twee en een halve dag per week op basisschool De Ark in Vlaardingen. “Ik was daar al conciërge en ben na mijn pensioen gebleven, maar nu als vrijwilliger.” Coby zorgde twintig jaar lang met veel liefde voor haar ouders. Na een ochtend werken in de tuin, stappen ze ’s middags op de fiets voor een ritje, eten daarna nog een boterhammetje op de tuin en dan gaan ze op huis aan. “Slapen doen we hier niet. Ooit hebben we het geprobeerd, maar dat is lang geleden. Te lawaaierig, te vochtig en thuis hebben we een heerlijk bed”, lacht Coby.
Samen
Tuinieren zit hen in het bloed. “Volgens mij kun je nooit zolang tuinieren als een van de twee er niets aan vindt”, aldus Theo. Coby denkt er net zo over. Voor haar is het ondenkbaar dat Theo in de tuin werkt en zij toekijkt of andersom. Ze genieten ervan om er samen iets moois van te maken. Het terrasje voor het huisje is hun lievelingsplek. Daar hebben ze een prachtig uitzicht op alle bloemen en planten, het resultaat van hun noeste arbeid. Ze verheugen zich altijd weer op het moment waarop de natuur tot leven komt en laten zich verrassen door wat er boven de grond komt. Ieder jaar is het weer anders. Theo merkt nog op dat de bloei er dit jaar wel heel goed in zit.